Het Jodendom heeft een ‘groot boek’ : de TeNaCH. Dat boek is weer in verschillende delen verdeeld.  De Thora zijn de eerste vijf boeken van de TeNaCH.  Het zijn de vijf boeken die door Mozes zijn geschreven. In elke synagoge wordt op elke sabbat een deel van de Thora voorgelezen.  

Thorarollen zijn met de hand gemaakt en zijn van grote waarde. Thora is een Hebreeuws woord dat leer, instructie of wet betekent

De vijf boeken van de Tora:

• Bereesjiet (Genesis)
• Sjemot (Exodus)
• Wajikra (Leviticus)
• Bemidbar (Numeri)
• Dewariem (Deuternomium)

De Thora is om twee redenen voor het (religieuze) jodendom van zeer groot belang.

• Omdat er een verhaal in staat dat God een verbond met drie personen heeft gesloten, Awraham (Abraham), zoon Jitschak (Izaäk) en kleinzoon Ja'akow (Jakob) die worden gezien als de aartsvaders van de Israëlieten.
• Omdat  God in de Sinaïwoestijn zijn wet (mitswa) aan de Israëlieten bekendgemaakt heeft en hen opgedragen deze stipt na te leven (met als belangrijkste onderdeel de Tien geboden). Volgens het Jodendom staan er 613 mitswot (613 geboden) in de Thora opgeschreven (waarvan 611 via Mozes en twee rechtstreeks door God zijn geopenbaard) die de kern vormen van de halacha, het geheel van de rabbinale wetgeving die zeer bepalend is voor het joodse religieuze leven.

Om de Thorarollen niet vies te maken lezen de lezers de Thorarollen met een jad, zo hoeven ze de rollen niet aan te raken.